Gerbrandus Jelgersma (1859-1842) werd in 1899 de eerste hoogleraar psychiatrie in Nederland. Hij zocht de oorzaken van geestesziekten in de structuur van de hersenen. Hij slaagde erin om flinterdunne plakjes (coupes) met een dikte van slechts een twintigste millimeter van de hersenen te snijden. Door continue series van dergelijke coupes te bestuderen verkreeg Jelgersma zicht op de ingewikkelde infrastructuur – en beschadigingen daarin – van de hersenen.

Later maakte Jelgersma een opmerkelijke ommezwaai. Hij bekeerde zich tot de psychoanalyse van Freud, die de oorzaak van psychische afwijkingen eerder in de ervaringen van de mens dan in zijn hersenbouw zoekt. Jelgersma maakte als eerste in Nederland gebruik van psychoanalyse.

Deze coupe uit de periode 1900-1925, bruikleen van het Anatomisch Museum Leiden, is te bezichtigen in Museum Boerhaave in Leiden.